Een van de drijvende krachten achter de geregisseerde campagne die twijfel moet zaaien over de opwarming van de aarde is het Amerikaanse olieconcern ExxonMobil. Dat zeggen diverse milieudeskundigen volgens de Britse krant The Independent.

Het concern schenkt honderdduizenden dollars aan organisaties die actief zijn in de lobby tegen klimaatwetenschappers. Twee daarvan zijn het Amerikaanse Atlas Economic Research Foundation en het Britse International Policy Network, die onder meer seminars organiseren voor klimaatsceptici. Volgens de krant sponsort Atlas meer dan 30 internationale klimaatsceptische think tanks. Onlangs nog was Atlas co-sponsor van een bijeenkomst met de titel: Global Warming: Was It Ever Really a Crisis?, een organisatie van het Heartland Institute dat ook op de fondsenlijst van Exxon staat.

Het Amerikaanse Exxon Mobil en Saoedi-Arabië’s Aramco zijn de belangrijkste dissonanten in de discussie omtrent piekolie. Die term wordt gebruikt om aan te geven wanneer het einde van goedkope olie zal worden bereikt. Volgens Exxon bedragen de wereldreserves nog zo’n 2 triljoen vaten (waarbij 1 triljoen staat voor 1 miljoen maal 1 miljoen).

Terwijl Chevron -’s werelds belangrijkste producent van geothermale energie- in 2008 liefst 833 miljoen dollar in groene projecten stak (wetenschappers stellen dat de warmte in de aardkorst onder de Verenigde Staten meer dan voldoende energie kan leveren om in de Amerikaanse behoefte te voorzien, terwijl er nagenoeg geen impact op het klimaat en het leefmilieu zou zijn ) en Conoco Philips 33 miljoen dollar spendeerde aan de ontwikkeling van biodiesel en ethanol uit cellulose, beperkte Exxon Mobil haar investeringen in groene energie tot een donatie aan het Global Climate and Energy Project van de Stanford University en wat kleinere groene onderzoeksprojecten. In totaal ging het om 4 miljoen dollar. In hetzelfde jaar investeerde Exxon 32 miljard dollar in het terugkopen van eigen aandelen en nog eens 26 miljard dollar in de ontwikkeling van olie- en gasproducten. (Via Express)