RSS

De duif die ‘s werelds grootste dieroffer overleefde

wo, jan 28, 2015

Wetenschap en Natuur

Tussen de vele gewelddadige beelden van ‘s wereld grootste rituele dieroffer, Gadhimai in zuid-Nepal, is er een die opvalt. Het is het beeld van een jonge man die een spandoek omhoog houdt in een veld met bloed, koppen en ingewanden van dode dieren. Het protestdoek leest ‘Window of Choices’ en toont foto’s van dieren, zowel mishandeld als geliefd. Op de schouder van de in het wit geklede man zit een witte duif.

De foto verspreidde zich tijdens Gadhimai als een vuurtje via Facebook. Dierenliefhebbers voelden zich gesterkt door de eenzame demonstrant en zijn duif. De onbekende man stond al snel bekend als ‘De Duivenman van Gadhimai’.

De foto herinnerde velen aan andere beelden van dappere eenlingen die zich verzetten tegen machtige systemen, zoals die van de Chinese man die zich op het Plein van de Hemelse Vrede voor een rij tanks positioneert, Rosa Parks op de ‘verkeerde’ stoel in de Montgomery bus, of de gewondde Malala Yousafzai in een Afghaans ziekenhuis.

Wie is de jonge man in de foto en wat is het verhaal achter de duif op zijn schouder?

Raghu-with-Sano-Maya1De ‘duivenman’ is Raghu Aditya. Hij is redacteur van beroep en woont in een dorp vlakbij Kathmandu. Hij vecht sinds kinds af aan tegen dierenmishandeling, en vond dat hij tijdens de dieroffers in Gadhimai niet thuis kon blijven.

In Gadhimai’s onopvallende tempel vindt eens in de vijf jaar in de maand november Nepals drukst bezochte festival plaats. Tijdens een periode van 48 uur worden hier enkele honderdduizenden dieren geslacht. Dorpen in de omgeving worden aangemoedigd minimaal duizend dieren aan te leveren.

De overgrote meerderheid van de twee miljoen bezoekers is afkomstig uit de nabijgelegen Indiase deelstaten Bihar en Uttar Pradesh, waar dieroffers bij wet grotendeels verboden zijn. De bezoekers hopen met hun offer de godin Gadhimai zover te krijgen hun wens in vervulling te doen gaan.

Het festival begon drie eeuwen geleden met een droom. Volgens hoofdpriester Mangal Chaudhary – de tiende generatie met deze baan in de familie – verscheen de godin Gadhimai in een droom van zijn voorvader. Chaudhary: “Ze eiste bloed om een einde te maken aan de epidemieën die toen heersten. Ik garandeer dat de wens van iedere gelovige die hier offert, vervuld wordt.” De meeste gelovigen bidden voor de geboorte van een zoon, aldus de priester.

Tijdens het festival worden duizenden buffels in een veld door dronken jonge mannen met zwaarden in een waar spektakel gedood. Andere dieren, inclusief varkens, geiten, ratten, gevogelte en wilde dieren, worden met opzet langzaam gedood, omdat de gelovigen menen dat de godin dit wil. Dierenactivisten veroordelen het offerfeest als een barbaarse praktijk, maar de organisatie en de Nepalese regering verdedigen het als een traditie die al eeuwenlang van generatie op generatie wordt overgedragen.

Ook dit jaar werden de protesten van Nepalese en internationale activisten, onder wie de actrices Joanna Lumley en Brigitte Bardot en de Indiase politica Maneka Gandhi, genegeerd.

Raghu legde een lange weg af voordat hij met zijn spandoek in Gadhimai terecht kwam. Als kind beschouwde hij mieren als robotjes, die gedood moesten worden. Zijn vader nam Raghu op een dag apart en legde hem uit dat alle dieren pijn ervaren, ook mieren.

Het was een eye opener voor Raghu, die op achtjarige leeftijd besloot vegetariër te worden. “Ik geloof nu dat mededogen begint met iets kleins, zoals een mier, en zich dan uitstrekt naar grotere dingen en wezens.”

Als kind bouwde Raghu afdakjes voor straathonden. Hij werd gepest vanwege zijn passie voor dieren. “Grappig genoeg besloten veel van mijn jeugdvrienden later ook vegetariër te worden.”

Raghu bouwt nog steeds kleine onderkomens voor straathonden, meestal met de hulp van lokale kinderen. “Ik geloof in kleine projectjes. Die zijn gemakkelijk uit te voeren met passie en integriteit. Ik merk dat mensen, vooral kinderen, zich aangetrokken voelen tot het vuur van de passie en in no time zelf een vuurtje opstoken.”

Tegen de tijd dat het Gadhimai festival begon, vertrok Raghu met drie spandoeken richting zuid-Nepal.

“De eerste dag was intens. Ik had niet gerekend op zoveel agressie. Toen ik mijn spandoek uitrolde werd ik meteen uitgescholden. Ik zag duizenden dieren arriveren, waaronder veel uitgedroogde en ondervoede geiten, buffels en varkens. Sommigen zakten in elkaar na urenlang lopen, maar werden geslagen en opgejaagd.” Raghu noemt zichzelf agnost maar bad voor de dieren die nacht. “Dat je vrij mag zijn van pijn. Dat je vrij mag zijn.”

Op de tweede dag zag Raghu hoe sommige dieren uiterst langzaam en wreed werden gedood. Toen hij zijn spandoek uitrolde leken mensen meer geïnteresseerd. Maar een agressieve man begon het publiek toe te spreken. “Deze man komt uit de heuvels, en hij bemoeit zich met de cultuur van ons laaglanders.” Vervolgens richtte hij zich tot Raghu: “Als de buffels straks dood zijn worden hun lichamen weggehaald maar er zal niemand zijn die zich om jouw lichaam bekommert, mijn vriend.”

Raghu begon de moed te verliezen en besloot ergens wat te drinken. Vlakbij het restaurant zag hij mensen met vers geofferde onthoofde duiven. Een jongen probeerde een nog levende duif te vangen. Toen hij hem in handen had besloot Raghu actie te ondernemen. “Laat mij de duif kopen,” zei hij. “Nee!” antwoordde de jongen, “deze duif moet geofferd worden. Het is onze cultuur!” Na een heftige discussie ging de jongen akkoord. Voor 200 roepies (minder dan 2 euro) was Raghu de eigenaar van een jonge, witte duif, voorbeschikt om als offerande in Gadhimai gedood te worden.

Raghu en de duif zijn sindsdien onafscheidelijk. “Ik heb geprobeerd haar te laten vliegen, maar tot nu toe heeft ze daar weinig zin in. Zodra ze op mijn schouder zat voelde ik me speciaal. Ze gaf me de moed om door te gaan.”

Met de vogel op zijn schouder name Raghu opnieuw zijn plek in. Enkele mensen raakten onder de indruk en boden hun hulp aan. Een jonge student bracht Raghu naar een veiliger plek, in de nabijheid van politie. Hij en vijf anderen hielden om de beurt het spandoek omhoog, en gingen de discussie met het publiek aan.

Nadat de duizenden buffels binnen de omheining waren gedood voelde Raghu zich gevoelloos. Ik heb nooit eerder zo’n bloedbad gezien. Ik was blij dat het voorbij was.”

De volgende dag keerde Raghu terug, met de duif. “Wat ik toen zag zal ik nooit vergeten. Een met bloed doordrenkt veld met koppen, ingewanden en andere resten van dieren. De stank was overweldigend. Mensen waren aan het overgeven. En dat werd verondersteld Prasad of een gift aan de goden te zijn! De mensen schreeuwden nog altijd ‘Jaj Gadhimai, Leve Gadhimai’”

Toen Raghu zijn spandoek op het veld uitrolde vond hij tot zijn verbazing twintig andere demonstranten om zich heen. “Ik realiseerde me ik dat mijn doel had bereikt. Ik wilde een aantal mensen vinden die mededogen hebben, en hier waren ze. Zolang een kleine groep mensen hun hart openstelt en zich uitspreekt, is er hoop. Verandering begint altijd op die manier.”

Raghu-Patan-1

Sinds zijn eenzame protest, Raghu wordt door velen als inspiratiebron gezien. Buitenlandse fans bieden hem geld aan, maar hij stuurt ze door naar geregistreerde dierenorganisaties in Nepal. De duif heet nu Sano Maya, Kleine Liefde. Zij zit nog altijd het liefst op Raghu’s hoofd of schouder.

Raghu noemt zichzelf agnost maar praktiseert meditatie voor de innerlijke balans. “Ik merk dat ik minder rusteloos ben en de dingen wat helderder zie. Ik kan beter met verlies en veranderingen omgaan.”

Raghu wordt in eigen land bekritiseerd voor zijn campagne tegen Gadhimai. Sommigen vinden dat hij zich eerst maar eens met de slachthuizen in de VS en Europa moet bezighouden, waar dagelijks miljoenen dieren de dood vinden. “Mensen vinden altijd argumenten om je stem te doven. We zijn onderdeel van een wereldwijde beweging tegen onrecht, of het nu tegen vrouwen, zwarte mensen of dieren gaat. Ieder van ons moet zich al het onrecht eigen maken, en bereid zijn het te bevechten op de plek waar men is.”

Onderweg terug van Gadhimai reed Raghu achter een vrachtauto volgelaten met buffels, onderweg naar de slacht in Kathmandu. Ze waren op elkaar gestapeld, vastgebonden aan hun neuzen en staarten. “Ik had in Gadhimai zoveel dierenleed gezien dat ik dacht dat ik gevoelloos was geworden. Maar de hele reis voelde ik intens verdriet voor deze buffels. Op een gegeven moment zwenkte de truck en een staart brak af. Van al het dierenleed dat ik die week zag is dat het beeld dat ik niet kan vergeten: dat arme dier onderweg naar de hoofdstad, met zijn afgebroken staart.”

Lucia de Vries

 

 

 

Wil je meer HappyNews?

We're on a mission to spread meaningful and happy content far and wide.
Probeer onze wekelijkse HappyNewsletter en zie het voor jezelf!

, ,