MADRID (IPS) – Windturbines hebben zondag ruim vijf uur lang 53 procent van het totale elektriciteitsverbruik in Spanje geleverd. Dat record is te danken aan stevige wind in heel Spanje. Plannen om de capaciteit nog uit te breiden worden ironisch genoeg gehinderd door milieubeschermers. Die zijn tegen de bouw van nieuwe hoogspanningsverbindingen met Frankrijk om een tijdelijk teveel aan stroom kwijt te kunnen.

Volgens officiële cijfers was windkracht ook al de gure eerste vijf dagen van november de belangrijkste bron voor de productie van elektriciteit, vóór aardgas en kernenergie. Gemiddeld haalt Spanje nu al meer dan 11 procent van zijn stroom uit wind. In absolute cijfers produceren alleen de VS en Duitsland nog meer windenergie.

Geen grenzen aan de groei
Amper vijf jaar geleden heette het nog dat windenergie nooit meer dan een zevende van de Spaanse stroomproductie zou kunnen leveren, reageert José Donoso, het hoofd van de Spaanse Vereniging voor Windenergie. Nu is het volgens Donoso duidelijk dat de grenzen van de groei nog lang niet zijn bereikt. Tegen 2020 kan Spanje volgens hem 40.000 megawattuur produceren – ruim twee keer meer dan nu het geval is.

De Spaanse regering werkt aan plannen om de komende jaren nog meer windturbines en ook zonnecentrales te doen bouwen. De subsidies voor dergelijke initiatieven worden vanaf volgend jaar waarschijnlijk wel verminderd.

Pieken in de productie van windenergie blijven een probleem. De vraag naar elektriciteit daalt ’s nachts en in de weekends. Als windturbines dan toevallig op vol vermogen draaien, kan er plaatselijk een overaanbod ontstaan. In november 2008 moesten daarom in Spanje op een zondagochtend al eens windturbines worden stilgelegd.

Afgelopen zondag slaagde de Spaanse netbeheerder erin de enorme productie meester te worden door meer stroom te exporteren en door energie op te slaan. Dat gebeurt door water naar hoger gelegen reservoirs te pompen. Later kan dat water weer naar beneden vloeien, waarbij het turbines aandrijft die nieuwe stroom produceren.

In het exporteren van stroom naar de buurlanden staat Spanje nog niet zo ver als bijvoorbeeld Denemarken, een andere voorloper op het vlak van windenergie. Denemarken kan op winderige dagen vlot stroom exporteren naar Duitsland, en van daar stroom importeren als de wind het laat afweten.

De hoogspanningsleidingen tussen Spanje en Frankrijk kunnen daarentegen maar 3 procent van de maximale windenergieproductie van Spanje aan. De verbinding met Portugal en twee onderzeese kabels naar Marokko hebben een nog veel lagere capaciteit.

Spanje plant al lang nieuwe hoogspanningsleidingen naar Frankrijk, maar de werken daaraan zijn nog niet begonnen. Milieubeschermers liggen dwars omdat ze vrezen dat de werkzaamheden schade zullen toebrengen aan belangrijke natuurgebieden langs het traject.