De huidige economische situatie leidt onvermijdelijk tot het besparen van kosten. Toch blijkt uit cijfers van PricewaterhouseCoopers (PwC) dat er niet minder duurzaam wordt ondernomen tijdens de huidige crisis. Sterker nog, duurzame initiatieven worden meer dan ooit ontplooit en de verwachtingen zijn dat dit in 2009 alleen maar toe zal nemen. Duurzame bedrijven ondervinden dit aan den lijve. Juist nu is de tijd rijp voor duurzaam ondernemen.

Uit de laatste duurzaamheidbarometer van PricewaterhouseCoopers (PwC) blijkt dat de financiële crisis duurzaam ondernemen nauwelijks naar de achtergrond heeft gedrukt. Bijna een vijfde van de ondervraagden heeft zelfs besloten om nog duurzamer te ondernemen. Bovendien geeft slechts 6 procent van de respondenten aan de investeringen voor een beter milieu gereduceerd of stop te hebben gezet.

Duurzaamheid en innovatie
Veel hedendaagse innovaties zijn gericht op duurzaamheid. Het Ministerie van Economische Zaken stimuleert innovatieve en duurzame projecten en stelt bijna 110 miljoen euro beschikbaar voor innovatieprogramma’s energie. Innoveren en duurzaam ondernemen gaan hand in hand en er zijn steeds meer bedrijven die zich specialiseren in duurzame energie, afvalverwerking of productie. Een van de manieren om duurzaam te produceren en hergebruik te bevorderen is de, inmiddels algemeen bekende, Cradle to Cradle filosofie. Grote bedrijven als Nike, Ford en Steelcase werken al jaren volgens deze strategie.

Groei door duurzame productie
Steelcase is een schoolvoorbeeld van economische groei door middel van duurzame productie. Het energieverbruik van het bedrijf daalde met 27,5 procent in de periode van 2003 tot 2007. En voor het waterverbruik geldt zelfs een afname van 36,9 procent door het inzetten van technologische verbeteringen en efficiëntere productieprocessen, zoals bepaalde waterbehandelingen en recycling. Dat terwijl het bedrijf het afgelopen jaar een aanzienlijke groeicurve heeft laten zien. Ook de uitstoot van Vluchtige Organische Stoffen (VOS) die tijdens het productieproces vrijkomen heeft Steelcase in deze periode teruggebracht met 81 procent. Dit is met name gelukt door het gebruik van poedercoating waarbij geen VOS vrijkomen, in plaats van vloeibare coating waarbij dat wel zo is.

Het bedrijf heeft zich tot doel gesteld de belasting van het milieu in 2012 met een kwart omlaag te brengen ten opzichte van 2006, het jaar waarin Steelcase zijn eerste Cradle to Cradle product op de markt bracht, de bureaustoel Think. De meeste Steelcase producten zijn al van gerecycled materiaal gemaakt en een aantal producten zijn zelfs qua gewicht voor 99 procent te recyclen. Eerder dit jaar startte Steelcase in Nederland samen met afvalverwerker Van Gansewinkel een pilot om gebruikt meubilair weer in te nemen. De Cradle to Cradle filosofie is leidend voor de werkwijze van beide bedrijven. Zij zorgen ervoor dat de materialen op een verantwoordelijke manier terugkomen in productieproces van verschillende bedrijven in plaats van bij de vuilnis.

Markt beweegt zich in richting Cradle to Cradle
Maar er komen steeds meer nieuwelingen bij in dezelfde branche. Naast Steelcase en Herman Miller verbindt Ahrend zich inmiddels ook aan de Cradle to Cradle filosofie, zoals te lezen is in Inside Information. ‘Dat er steeds meer bedrijven in Nederland volgens de Cradle to Cradle filosofie gaan produceren is een positieve ontwikkeling. Dat kan alleen maar tot meer samenwerking en gezonde concurrentie en dus een beter resultaat leiden’, aldus Serena Borghero, Marketing en Sustainability manager.

Ook de overheid en het bankwezen zien de voordelen van Cradle to Cradle. Nivra, Full Finance, Beco en ABN AMRO zijn voorbeelden van bedrijven waar Steelcase als referentie wordt gebruikt. Zo geeft ABN AMRO een aantal workshops om klanten bekend te maken met de filosofie en duurzaam ondernemen in tijden van de economische crisis. Cradle to Cradle vereist namelijk grote aanpassingen in de organisatie. ‘Het werkelijk in praktijk brengen van de Cradle to Cradle filosofie is een kwestie van tijd. Het gehele productie- en design proces moet omgebouwd worden, alle leveranciers van grondstoffen moeten gecontroleerd worden en nieuwe samenwerkingsverbanden moeten worden aangegaan. Het is een kwestie van een lange adem, maar uiteindelijk levert het ook veel resultaat op.’